Ook OM-topman wil hogere maximumcelstraf voor doodslag
AMSTERDAM - OMtopman Gerrit van der Burg pleit voor het verhogen van de maximale celstraf voor doodslag. Hij vindt het verschil met de strafmaat voor moord nu te groot. De ministers Grapperhaus en Dekker werken overigens al aan een wetsvoorstel voor de ophoging, en dat kan rekenen op steun in de Tweede Kamer. Op doodslag staat maximaal vijftien jaar cel en op moord, sinds een verhoging in 2006, maximaal levenslang of dertig jaar cel. Moord betekent juridisch dat de dader van plan was om iemand om te brengen en dus enige bedenktijd heeft gehad. Bij doodslag is ook sprake van opzet, maar handelde de dader in een opwelling.
“Het zou goed zijn als het verschil wat meer wordt rechtgetrokken”, zegt Van der Burg tegen dagblad Trouw. “Want impulsdaden kunnen ook een sluitstuk zijn van een kwalijk patroon.” De krant benadrukt dat er sinds 2012 striktere eisen gelden voor het bewijzen van voorbedachten rade en dus moord. Van der Burg zegt in een toelichting in het NOS Radio 1 Journaal dat het oude verschil tussen moord en doodslag van vijf jaar een mogelijke maatstaf zou kunnen zijn voor de ophoging van de straf op doodslag. In dat geval zou de maximale straf uitkomen op 25 jaar cel.
Eerder riep de rechtbank Rotterdam al op tot het verkleinen van het verschil in strafmaat tussen moord en doodslag. De aanleiding was het vonnis in de zaakHümeyra. De Rotterdammer Bekir E werd veroordeeld tot veertien jaar cel en tbs, wegens doodslag. De rechtbank zag onvoldoende bewijs dat E een vooropgezet plan had om Hümeyra dood te schieten, tot woede van de nabestaanden. (NOS)