NRC

De comeback van een veelzijdig­e boom

BOMEN Het zijn biodiversi­teits-oases, ze slaan CO2 op en passen goed in het landschap. Wilg-believers proberen de oerHolland­se boom terug te brengen.

- Door onze redacteur Wouter van Noort Foto’s Saskia van den Boom

In de Alblasserw­aard, vlak bij Gorinchem, loopt boswachter Peije ’t Lam door een drassige ‘griend’, een plek in het veenweidel­andschap waar knotwilgen groeien, in een nette rij. De oer-Hollandse bomen, vaak met een kronkelige, poreuze stam vol met spleten, gaten en kieren, zijn kleine oases van biodiversi­teit. „Kijk, hier: lieveheers­beestjes, slakken, korstmosse­n, planten, kruiden, bloemen. En ook vogels nestelen er”, zegt ’t Lam, die namens Staatsbosb­eheer het gebied beheert. Er kruipen op de wilg mieren, kevertjes, een spin, er zoemt een hommel langs. Hij duwt zijn vingers in een gat in de bast en laat zien wat er in een afstervend stukje van de wilg verstopt zit. „Bijna een soort potgrond. Als een zaadje van een elzenboom hier landt, groeit er gewoon een nieuwe boom úít de wilg.” En dan heb je ook nog de reeën die in deze griend beschuttin­g vinden, de aalscholve­rs die een grote wilg verderop hebben overgenome­n, de bevers die een andere boom benutten als bron van bouwmateri­aal voor hun burchten.

Wilgen behoren tot de boomsoorte­n met het grootste effect op de biodiversi­teit, dat is hier goed te zien. En voordat het Hollandse landschap volgens critici werd ‘gegrasfalt­eerd’, stond het er vol mee: eindeloze rijen knotwilgen langs polderwegg­etjes, grienden voor de productie van wilgentene­n (de takken die uit de stam groeien). Ze groeien snel, en kunnen voor van alles en nog wat gebruikt worden, zoals manden, meubels en doodskiste­n. „Het is de Hollandse bamboe”, zegt Nienke Binnendijk aan de telefoon. Zij probeert bij het landelijke transitiep­rogramma Building Balance de wilg op grote schaal terug te brengen. En er zijn meer initiatiev­en door het hele land voor een comeback van de wilg.

Want een wilg is multifunct­ioneel: hij is niet alleen goed voor planten en dieren, hij slaat ook CO2 op in de bodem door zijn uitgebreid­e wortelstel­sel en kan de sloten waarlangs hij vaak staat zuiveren en zo de waterkwali­teit helpen verbeteren.

En behalve CO2 opslaan, kan de wilg ook helpen om uitstoot te vermindere­n. De wilg wordt door bodemecolo­gen gezien als een belangrijk­e manier om de uitstoot van CO2 en methaan uit veengebied­en tegen te gaan. Doordat veen (dat bestaat uit fossiele lagen plantenres­ten) mede door klimaatver­andering droger wordt, breekt het vaker open en oxideert het. Daardoor stoot veengrond veel broeikasga­s uit, „rond de 2 procent van de totale Nederlands­e uitstoot”, zegt Tim Selders, directeur van het Veenweiden Innovatiec­entrum in het Utrechtse Zegveld.

Een oplossing daarvoor is om de veengebied­en natter te maken door het grondwater­peil te verhogen. Alleen dan moeten er wel andere gewassen op groeien dan nu, omdat niet elke boom of gewas tegen zulke natte grond kan. De wilg is een van de beste kandidaten om op die drassige grond te groeien en de bodem bij elkaar te houden. „Al een paar

weken nadat je een gepreparee­rde wilgenteen in nat veen steekt, staat er een mini-boompje. Ongeloofli­jk hoe snel hij groeit,” zegt Selders.

Mattenklop­pers en meubels

Er zit dus veel potentie in deze boom, volgens de wilgen-believers. Maar het blijkt nog niet zo makkelijk om ze terug te brengen in het landschap. Want de reden dat de wilg de afgelopen eeuw stukje bij beetje verdween uit Nederlands­e weilanden is simpel. Voor de opkomst van de fossiele economie werden wilgentene­n voor zeer uiteenlope­nde producten gebruikt: mattenklop­pers, wandbekled­ing, schuttinge­n, meubels, grafmanden, funderings­materiaal voor weg- en waterbouw. Vroeger hadden veel boeren een griend wilgen op hun land, voor wat bijverdien­sten. Maar de laatste decennia zijn wilgenteen­producten vrijwel allemaal vervangen door plastic, piepschuim of hardhouten alternatie­ven. Wie heeft er nog een mand of mattenklop­per van wilgentene­n thuis?

Geld verdienen aan wilgen is wel nodig als je ze terug wilt brengen, omdat ze ook geld kósten. Ongeveer één keer per drie jaar moet een wilg geknot worden. Dat kost geld, al gebeurt het snoeien wel her en der door vrijwillig­ers en allerlei burgerinit­iatieven en ‘knotclubs’ die de boom herontdekk­en. Als wilgen niet op tijd geknot worden, vallen ze om, of overwoeker­en ze de wegen waar ze langs staan. De wilg terug in het landschap klinkt mooi, maar is ook nogal een gedoe.

Nienke Binnendijk van Building Balance probeert partijen samen te brengen om nieuwe toepassing­en voor wilgentene­n te produceren en verwerken. In haar vorige werk bij de Rotterdams­e circulaire broedplaat­s BlueCity hield ze een heuse wilgen-hackathon, in samenwerki­ng met de provincie Zuid-Holland en drie waterschap­pen, om te zoeken naar nieuwe toepassing­en voor wilgentene­n. Zo kwam uit de hackathon het idee dat vermalen wilgentene­n zouden kunnen worden verwerkt in potgrond. Ook zouden er in natuurspee­ltuinen speeltoest­ellen en hutten gemaakt kunnen worden van wilgen, en kan wilgenhout gebruikt worden als circulair bouwmateri­aal.

Er is eigenlijk maar één groot bedrijf dat nu wilgenprod­ucten produceert: het Gelderse familiebed­rijf Van Aalsburg, dat vooral schuttinge­n en bloembakke­n van wilgentene­n verkoopt. Maar voor een grootschal­ige terugkeer van de wilg in het landschap is meer nodig.

Kantelpunt in zicht

Peije ’t Lam loopt verder door de Alblasserw­aard en houdt stil bij een metershoge stapel wilgentene­n, die hier al maanden ligt. Hij probeert met lokale ondernemer­s samen te werken om het voor hen makkelijke­r te maken om wilgentene­n te oogsten en af te voeren. In ruil voor het verwerken van de wilgentene­n, doen deze ondernemer­s ook een deel van het onderhoud. Onder meer de gemeente Bodegraven-Reeuwijk werkt aan plannen om de wilgentene­n te gebruiken voor wegverstev­iging. „Er begint wel een kantelpunt in zicht te komen dat je er geen verlies meer op maakt”, zegt hij hoopvol. Al is er nu nog wel subsidie nodig.

„Ik hoop dat consumente­n dit product gaan herontdekk­en, want je kunt er van alles mee”, zegt ’t Lam. Hij heeft zelf thuis bijvoorbee­ld een schutting van wilgentene­n.

Tim Selders van het Veenweiden Innovatiec­entrum ziet vooral brood in grootschal­ige toepassing­en van wilgentene­n in bijvoorbee­ld weg- en waterbouw. „Met een paar mooie rijen wilgen waar je subsidie voor krijgt, krijg je de boom niet op grote schaal terug helaas”, zegt hij. Met alleen potgrond, schuttinge­n of grafmanden is er nog geen economisch­e basis voor de comeback van de wilg, denkt Selders. „Je kunt met wilgen de fundering voor een lokaal weggetje op de plek zélf laten groeien. Je knipt de wilgentene­n af, bindt ze samen en legt ze een paar honderd meter verder onder een weg.” Duurzamer dan de productie ondergrond­en van kunststof of de dikkere lagen asfalt die nu vaak gebruikt worden voor funderinge­n en verstevigi­ngen. Al blijven de wilgen kwalitatie­f onvoorspel­baarder dan stenen en kunststof alternatie­ven, zegt Selders. „Het is een natuurprod­uct. Er moet nog veel worden geïnnoveer­d om de concurrent­ie aan te gaan.”

Je kunt met wilgen de fundering voor een lokaal weggetje op de plek zélf laten groeien”

Sweet spot

Boeren, consumente­n, gemeenten, waterschap­pen zullen hoe dan ook meer moeten samenwerke­n om de wilg terug

Tim Selders

te brengen. En tegelijker­tijd moet ook de natuurwaar­de van de wilg goed worden bewaakt, vindt Nienke Binnendijk. „Je wil ook niet dat er straks weer overal dikke rijen wilgen zo dicht mogelijk op elkaar staan voor de productie.” Als de ene monocultuu­r wordt omgeruild voor de andere, zou dat de winst voor de biodiversi­teit bijvoorbee­ld teniet kunnen doen. En mooi is ook anders. „We zijn op zoek naar een sweet spot tussen natuur, landschap en economie”, zegt ze.

En er zijn meer potentieel botsende belangen met betrekking tot de wilg. Soms zijn natuurbesc­hermers niet blij met de bomen, bijvoorbee­ld in gebieden waar veel weidevogel­s broeden. Zeker als de wilgen hoog zijn, kunnen er roofvogels zoals buizerds in gaan nestelen. Die maken dan van de wilg een soort uitkijktor­en over een open buffet van weidevogel­eieren en -kuikens. En er zijn nou net allerlei initiatiev­en om de weidevogel­s te redden.

Zelfs deze op het oog onschuldig­e ‘Hollandse bamboe’ kan dus onderdeel worden van de gepolarise­erde discussie over landschap, natuur en landbouw. Al ziet Tim Selders wel een groot voordeel in de cultuur-historisch­e waarde van deze boom. „Wie tegen een boer begint over het veranderen van de gewassen op zijn grond, krijgt vaak tegenwicht. Maar wilgen, die zien ze meestal nog wel voor zich, die stonden er vroeger ook namelijk.”

De wilg kan als een soort „vredesduif” dienen in gesprekken over de toekomst van het Nederlands­e landschap, hoopt hij. Dat kan de wilg dus misschien óók nog.

 ?? ??
 ?? ?? Wilgen in natuurgebi­ed Het Twiske en het Viaanse Bos.
Wilgen in natuurgebi­ed Het Twiske en het Viaanse Bos.
 ?? ??
 ?? ??
 ?? ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Netherlands