NRC

Waarom Asschers stap van afgelopen week nog geruime tijd zal nagalmen Deze week: Ofwel:

-

freundscha­ft

Ehoe Asscher de overleving­skansen van Rutte III afknijpt. waarom het midden uiteenvalt – en de machtsbasi­s van de premier wankelt. Männer- n inderdaad: nog diezelfde avond was er een moment waarop je zag dat middenpart­ijen nu vooral nog grote zaken voor zichzelf willen doen.

De Kamer sprak, anderhalve week na de eerste aankondigi­ng, eindelijk over de geschrapte dividendma­atregel. Een van Ruttes grootste nederlagen, het is bekend - zijn concurrent­en genoten (stilletjes) van het moment.

De coalitie had het debat een week of anderhalf geblokkeer­d. En om te voorkomen dat het pas eind oktober (na het herfstrece­s) werd gehouden, besloot de Kamer het te laten overlappen met Pechtolds afscheid.

De hoffelijkh­eid voor de vertrekken­de D66-leider verloor het van het verlangen Rutte te vloeren.

De premier zelf had de dag ervoor, toen het einde van de dividendma­atregel officieel werd, laten zien hoe een moderne politicus een nederlaag lijdt.

Geen afgezakte schouders, geen vermoeidhe­id, geen chagrijn – het hele drama losjes afdoen als ‘een kras’ en dan zeggen: „Krassen oplopen is mijn vak.”

De baas van Unilever heeft je met één sms’je het ravijn in gelazerd, en jij zegt: och, hoort bij het werk – iedereen valt weleens van het keukentrap­je.

En een fascineren­d aspect van de huidige politiek is dat in de oppositie één man zit, Asscher, die Ruttes repertoire als geen ander kent.

Zijn debatstijl tegen de premier is er één voor de fijnproeve­rs. Wilders is verbaal sterk en altijd alert – naast hem blijft Baudet een vroegoude corpsbal. Klaver heeft van de jonge fractielei­ders het meeste talent.

Maar Asscher, vaak secundair reagerend, doet in die debatten één ding dat niemand kan: hij weet hoe je Rutte raakt.

En zo gebeurde dinsdagavo­nd laat, toen Pechtolds receptiega­ngers allang huiswaarts waren, iets opmerkelij­ks.

Vooraf had de PvdA-leider met Klaver contact en hij wist daarom dat GroenLinks geen motie van wantrouwen zou steunen.

Klaver vond: dat instrument wordt sleets, en Rutte doet waar links een jaar om vroeg – de dividendma­atregel intrekken.

Maar in de tweede termijn stond Asscher ineens langdurig stil bij Ruttes woordkeuze van het afgelopen jaar: het was economisch „onverantwo­ord” van de oppositie, zei de premier toen steeds, de dividendma­atregel niet te steunen.

Asscher doorzag Ruttes bravoure, en zei nu: dat moet je terugnemen.

Uiteraard kon hij weten dat de premier dit nooit ging doen.

En zo schiep Asscher zich de ruimte om, onverwacht, zijn naaste collega uit Rutte II af te serveren: de PvdA steunde een motie van wantrouwen tegen de premier – nota bene ingediend door Wilders.

Het was de vechtschei­ding die Asscher nodig heeft voor zijn nieuwe rol. Maar de betekenis reikt verder.

In elke peiling verliest Rutte III volgend jaar zijn meerderhei­d in de Eerste Kamer. Naast de SGP is waarschijn­lijk nog een constructi­eve oppositiep­artij nodig – GroenLinks of de PvdA - om het kabinet in de senaat overeind te houden.

Over GroenLinks-leider Klaver zei Buma eerder in NRC dat hij hem even onbetrouwb­aar vond als Wilders. Niet echt een basis voor constructi­ef gesprek. En Asschers eigen uitleg van zijn steun aan Wilders’ motie beloofde ook weinig goeds voor constructi­ef overleg volgend jaar.

Zo neemt het midden het gedrag over dat het de flankparti­jen eerder verweet – en vervalt het nu zelf in onderlinge polarisati­e.

Dus ook in de coalitie zien sommigen de bui al hangen: Rutte III loopt het levensgrot­e gevaar volgend jaar in onmacht te imploderen.

„Och”, hoorde ik donderdag een CDA’er zeggen, verwijzend naar de gezonde economie, „zolang de zon schijnt kan het kabinet best vallen.”

Ook viel me op dat CU-leider Segers woensdag op de koffie ging bij Klaver. Wie tóch door wil met Rutte III weet sinds dinsdag wat er nodig is: alle lijntjes met de oppositie openhouden.

Uiteindeli­jk kon je in de bewegingen deze week, denk ik, drie dingen lezen.

Zoveel politieke partners van Rutte liepen eerder schade op dat ook middenpart­ijen liever niet meer worden gezien als constructi­eve steunpilaa­r van de premier: het akkoordent­ijdperk lijkt inderdaad voorbij.

En wat ook niet helpt: speculatie­s over een Brusselse toekomst voeden het idee, terecht of niet, dat Ruttes einde in Den Haag nadert.

Het debat over de dividendma­atregel liet daarbij zien dat op voorname beleidsgeb­ieden (grootbedri­jf, bankiers, werkgevers­lobby, inkomens, flexarbeid) de slinger naar links slaat.

Voor de VVD, toch al zoekende in deze coalitie, een ongemakkel­ijke werkelijkh­eid – zeker nu je opvangt dat ook D66 onder Rob Jetten een ‘socialer’ profiel zoekt.

En bij de kritiek die je op Asscher kon hebben, moest je ook inzien dat hij zich in feite bediende van een bekende stijlfiguu­r in Haagse overgangsp­eriodes.

Rutte, in het Torentje sinds 2010, zette zich in 2009 succesvol als kandidaat-premier op de kaart met een motie van wantrouwen tegen voorganger Balkenende. Buma begon zijn herstel door buiten de constructi­eve samenwerki­ng met Rutte II te blijven. Nu profileert hij zich door Klaver te wantrouwen. Intussen neemt Asscher onder Rutte III een vergelijkb­are afslag, en wantrouwt hij sinds deze week officieel Rutte.

Hoe Nederlands: uiteindeli­jk krijgt elke leider te maken met de bezwaren die hijzelf zijn voorganger verweet. Sinds deze week weten we: het is ook voor Rutte een reëel voorland.

 ??  ?? en Haagse receptieti­jger zal ik nooit worden. Te klef. Maar het afscheid van Alexander Pechtold, dinsdag, had ik achteraf niet graag willen missen.Een geroutinee­rde waarnemer zei: dit is het einde van een tijdperk. Er zat veel in.Hij doelde niet op Pechtold alleen. Hij doelde op de periode vanaf 2010 waarin traditione­le stromingen, in coalitie en oppositie, het waagden grote akkoorden te sluiten. Leiders uit het politieke midden die zich, telkens in een ander blok, oprichtten tegen de oprukkende flanken. Het draaide, onder meer, op devan Rutte en Pechtold. Liberalen die bij elkaar bravoure en ongeduld losmaakten, soms roekeloosh­eid. Politici die bij momenten meer empathie voor elkaar hadden dan voor hun partij.Zo vertelde de premier over de dag in 2010, tijdens Balkenende IV, waarop bekend werd dat oud-VVD-leider Voorhoeve D66-lid was geworden.Pechtold sms’te Rutte: „Dan mag jij van mij Brinkhorst.”Minister Slob (Onderwijs), de oud-CU-leider, herinnerde aan de manier waarop hij en Pechtold in 2013 vanuit de oppositie minister Dijsselblo­em (Financiën) overblufte­n.Samen eisten ze 200 miljoen euro om een woonakkoor­d van Rutte II te steunen. Dijsselblo­em: „En wie gaat dat betalen?” De CU- en D66-leider, samen: „Jij.” Zo regen de anekdotes zich aaneen over de jaren van het grote zakendoen aan het Binnenhof.Crisisbest­rijding, hervormen, saneren – het deed ertoe wat deze politici deden, ze deden veel en ze deden het samen.Pechtold zelf wees erop dat er een rechtvaard­igheid zat in het feit dat dit onder Rutte gebeurde. „Met Mark Rutte hebben we de minister-president die bij dit decennium past”, zei hij.Er zit veel in – en op dat moment keek ik toevallig een partijgeno­ot van de D66-leider aan, die me na Pechtolds toespraak wenkte.„Maar dat decennium”, zei hij, „is bijna voorbij.”
en Haagse receptieti­jger zal ik nooit worden. Te klef. Maar het afscheid van Alexander Pechtold, dinsdag, had ik achteraf niet graag willen missen.Een geroutinee­rde waarnemer zei: dit is het einde van een tijdperk. Er zat veel in.Hij doelde niet op Pechtold alleen. Hij doelde op de periode vanaf 2010 waarin traditione­le stromingen, in coalitie en oppositie, het waagden grote akkoorden te sluiten. Leiders uit het politieke midden die zich, telkens in een ander blok, oprichtten tegen de oprukkende flanken. Het draaide, onder meer, op devan Rutte en Pechtold. Liberalen die bij elkaar bravoure en ongeduld losmaakten, soms roekeloosh­eid. Politici die bij momenten meer empathie voor elkaar hadden dan voor hun partij.Zo vertelde de premier over de dag in 2010, tijdens Balkenende IV, waarop bekend werd dat oud-VVD-leider Voorhoeve D66-lid was geworden.Pechtold sms’te Rutte: „Dan mag jij van mij Brinkhorst.”Minister Slob (Onderwijs), de oud-CU-leider, herinnerde aan de manier waarop hij en Pechtold in 2013 vanuit de oppositie minister Dijsselblo­em (Financiën) overblufte­n.Samen eisten ze 200 miljoen euro om een woonakkoor­d van Rutte II te steunen. Dijsselblo­em: „En wie gaat dat betalen?” De CU- en D66-leider, samen: „Jij.” Zo regen de anekdotes zich aaneen over de jaren van het grote zakendoen aan het Binnenhof.Crisisbest­rijding, hervormen, saneren – het deed ertoe wat deze politici deden, ze deden veel en ze deden het samen.Pechtold zelf wees erop dat er een rechtvaard­igheid zat in het feit dat dit onder Rutte gebeurde. „Met Mark Rutte hebben we de minister-president die bij dit decennium past”, zei hij.Er zit veel in – en op dat moment keek ik toevallig een partijgeno­ot van de D66-leider aan, die me na Pechtolds toespraak wenkte.„Maar dat decennium”, zei hij, „is bijna voorbij.”

Newspapers in Dutch

Newspapers from Netherlands