Op de Alpe Painale
Shit, geen laptop in de buurt
Afgesproken. We zullen proberen op de hoogste alpenweide te geraken, maar zullen niets forceren. Als het te lastig wordt, keren we gewoon terug. De beklimming van het pad gaat traag. Het gaat moeizaam. Maar het gaat. Moedig stappen Lize en Rob achter me aan. Uur na uur.
We nemen een lange rustpauze op Alpe Guat, de voorlaatste alpenweide. Ik durf hen niet de bergkam te wijzen waar we nog overheen moeten. Ik beloof hen wel dat ze op de laatste alpenweide de euforie zullen voelen van wanneer ze de verzendknop indrukken en hun manuscript naar de uitgever sturen.
Rob: “Mmnee, die rush, die kick, het mooiste moment van het hele schrijfproces ligt helemaal aan het begin, wanneer ik voel: dit is een idee waarmee ik verder kan.”
Lize: “Schrijven is een kwartier bovenop dat paard mogen rijden en het daarna drie jaar achter je aan sleuren. Na die korte high komt de twijfel, de zelfhaat. Dan ga ik mijn schrijfmaniertjes herkennen.” Rob: “Als ik schrijf, ben ik verlost van mezelf.” Lize: “Ik zie hem graag tikken, maar soms is het schrijven voor hem zo vervullend dat ik er nog amper bij pas.”
Elke avond een cryptopuzzel
Na deze laatste pauze stappen we nog over glooiende velden tussen rotsen zo groot als vrachtwagens tot aan onze berghut. We lunchen er meteen, risotto met wilde spinazie die hier tussen de koeienvlaaien groeit.
Bij de koffie achteraf vertellen Rob en Lize hoe ze elkaar leerden kennen op een schrijverskamp van haar uitgeverij Das Mag.
Rob: “Ik vertelde Lize dat ik een schrijfresidentie zou doen in Brussel. Zij bood me aan de stad te tonen. Na mijn aankomst wachtte ik twee lange dagen, tot ik dacht: Oké, nu mag ik haar wel bellen. Nu valt het niet op hoe ik verlang haar terug te zien.” Lize: “Ik zat aan het einde van een ingewikkelde relatie en wilde geen andere mannen ontmoeten. Maar ja. We hadden de leukste gesprekken die we toen hij terug naar Amsterdam ging per mail verderzetten.”
Rob: “We waren al hopeloos verliefd toen ik naar huis terugkeerde. Nu wonen we samen in Brussel.” Lize: “Ik wist dat de relatie met mijn vorige vriend – waarover je tussen de lijnen kunt lezen in Ik ben er niet – eindig was. Toch verhuisde ik nog samen met hem naar een nieuw pand. Alsof ik het werk af wilde maken. Na één nacht daar zijn we uit