Mike Trésor. “Deze coach schat mijn kwaliteiten goed in”
23 is hij. Opgegroeid in de Brusselse rand, volwassen geworden in Nederland bij NEC en vooral Willem II en nu bij Genk op weg naar, wie weet, een hoofdrol. Maar dan moet hij zich wel doorzetten. Het vorige seizoen ging voor een stuk de mist in.
“Klopt”, knikt Trésor bevestigend. “Het begon nochtans uitstekend. Ik kreeg veel speelminuten van de toenmalige trainer (John van den Brom, nvdr.). Maar de resultaten volgden helaas niet en dus maakte hij uiteindelijk andere keuzes. Ik was er het slachtoffer van. Ook de nieuwe coach (Storck, nvdr.) zag het niet echt in mij. Niet aangenaam. Maar goed, om belangrijk te zijn voor de ploeg moet ik een aanvallende rol vervullen. Zoals vorige week, in Brugge. Vlak achter de spitsen kom ik het best tot mijn recht. Vorig seizoen stond ik meestal lager.”
Wouter Vrancken heeft blijkbaar goed gekeken naar jouw prestaties in dat wonderjaar bij Willem II. Hij speelt je wel uit op je kwaliteiten.
“We spelen dit seizoen inderdaad anders. Ik zie dit als een nieuwe start. Voor mij en voor de ploeg. Wat vorig seizoen gebeurd is, dat neem ik niet mee.”
Je doelpunt moet in die context wel deugd hebben gedaan?
“Natuurlijk is het leuk om te scoren. Maar niet zozeer voor mezelf. Wel omdat ik daar de ploeg mee help. Ik ben niet gefocust op die goals. Ik wil minuten maken en vooruitgang boeken. Dat is mijn drijfveer.”
De afgelopen maand werd je gelinkt aan Feyenoord, aan PSV.
“Ik was daar niet mee bezig. Ik heb niet aan de club gevraagd of het niet beter was om te vertrekken. Het was flatterend om te horen van de interesse van clubs die er een sterk Europees seizoen hadden opzitten, en natuurlijk mis ik Europees voetbal. Maar ik wil in eerste instantie spelen en de eerste contacten met de nieuwe trainer zijn goed. Hij schat mijn kwaliteiten goed in. Al is dat geen garantie dat ik veel zal spelen, dat heb ik vorig seizoen wel ervaren.”
Een centrale positie ligt je het best. Maar: Oyen out, Ito weg, Castro in. Het zou wel eens kunnen dat je naar de flanken verhuist?
“Ik steek mijn voorkeur niet weg. Maar ik ben me ook bewust van wat er gaande is. De coach weet dat ik op meerdere posities uit de voeten kan. Waar ik ook sta, ik zal mijn stinkende best doen. Ik heb het gevoel dat we dit seizoen anders, meer naar voren zullen voetballen.”
Ik ga hier nog even op door. De perikelen van Oyen, Ito, Dessers. Leeft dat in de kleedkamer?
“Daar wordt vanzelfsprekend over gebabbeld. Maar je hebt daar toch geen vat op. Of het mij ongerust maakt? Niet echt. Ik ga ervan uit dat we een sterk, competitief team zullen behouden.
We doen niet mee om mee te doen.”
Als jij op het veld staat, gebeurt er iets. Je durft risico’s nemen. Krijg je soms niet de opmerking van de coach dat je meer op zekerheid moet spelen?
“Ik neem risico’s, dat klopt. Maar dat wordt ook van mij verwacht omdat ik een creatieve speler ben. Als je mijn statistieken bekijkt, zal het slaagpercentage van mijn acties en passes misschien lager liggen dan bij andere spelers. Maar ik zal zelden een bal terugleggen, ik probeer altijd een voetballende oplossing te vinden. En ja, dat mislukt al eens. Maar als het lukt, dan kan dat een doelpunt of een assist opleveren. Daar gaat het om. Statistieken zijn relatief. Bij mij gaan de mensen niet kijken naar het aantal gelopen kilometers. Wel naar het aantal geslaagde acties, assists of doelpunten.”