“Elftal in een overgangsfase”
Vier jaar is het geleden dat het bescheiden IJsland de kwartfinale haalde op het EK. Wat schiet er nog over van die gouden generatie? Thordur Gudjonsson (46), landskampioen en bekerwinnaar (2x) met Genk, geeft antwoorden.
1
Wissel van generaties
Van de gouden generatie die doorstootte tot de kwartfinale op het EK 2016 schieten nog maar vijf spelers over in de huidige kern. “We staan met deze nieuwe generatie voor grote veranderingen”, meent Thordur Gudjonsson, intussen twaalf jaar met voetbalpensioen. “Binnen een jaar of drie kunnen we een sterk elftal hebben dat hetzelfde kan bereiken als de gouden generatie van 2016. Nu zitten we in een overgangsfase en in een negatieve spiraal (IJsland daalde van plaats 18 naar 39 op de wereldranking, nvdr). Toch staan we er niet heel slecht voor. In oktober spelen we een cruciaal duel in de play-offs voor het EK tegen Roemenië. Als we dat winnen, kunnen we ons nog kwalificeren. Dat zou een enorme opsteker betekenen voor deze jonge generatie.”
2
Tactisch flexibel
Een van de pilaren van het IJslandse succes in 2016 was de tactiek van toenmalig bondscoach Lars Lägerback. De ene na de andere tegenstander beet de tanden stuk op de 4-4-2 die plots weer helemaal terug was van weggeweest. “Die veldbezetting ligt ons”, knikt Gudjonsson. “In die formatie werd zaterdag ook tegen Engeland gespeeld en daar hadden de Engelsen het knap lastig mee (ze wonnen met 1-0, nvdr.). Maar de huidige bondscoach Erik Hamren durft ook te veranderen. Zelfs tijdens de wedstrijd durft hij om te schakelen naar een 4-3-3 als hij denkt daarmee meer kans te maken. Die tactische flexibiliteit is een groot verschil met vier jaar geleden. Toen werd steevast in dezelfde formatie aangetreden.”
3
Geen sterspeler
Zes miljoen euro, zoveel bedraagt volgens Transfermarkt de marktwaarde van Arnor Sigurdsson. Daarmee is de middenvelder van CSKA Moskou de duurste speler in de IJslandse selectie. Het zegt veel over de vedetten in de selectie van Hamren, of het ontbreken daarvan. Ter vergelijking: de gemiddelde marktwaarde van een Rode Duivel in de huidige selectie bedraagt 26,5 miljoen euro. “IJsland heeft geen sterspeler, de sterkte van dit team is het collectief ”, aldus Gudjonsson. “Na het EK van 2016 is het geloof ontstaan dat wij als klein landje iets kunnen bereiken met passie en tactische discipline. Op voorwaarde dat de hele groep daarin gelooft. IJslanders blijven knokken tot de laatste minuut. Dat maakt ons zo’n lastige tegenstrever.”
4
Sterkhouders ontbreken
Met Gylfi Sigurdsson, Johann Berg Gudmundsson, Alfred Finnbogason, Runar Mar Sigurjonsson en Aron Gunnarsson haakten maar liefst vijf titularissen af voor de matchen tegen Engeland en België. “En daar was bondscoach Hamren niet gelukkig mee”, weet Gudjonsson. “Aanvoerder Gunnarsson speelt voor Al-Arabi in Qatar en kreeg door corona geen toestemming om naar IJsland te vliegen en Runar Mar Sigurjonsson is geblesseerd. Maar de andere drie pasten voor een selectie. Ze zijn wel allemaal dertig of ouder en zullen niet bijster lang meer meegaan op internationaal niveau. In dat opzicht zijn deze twee duels al een goede oefening met het oog op de toekomst.”