“Er is een toekomst voor tafelbier”
Rony Langenaeken, voorzitter van De Limburgse Biervrienden, ziet potentie in tafelbier
Rony Langenaeken, voorzitter Limburgse biervrienden
HASSELT Veel
- babyboomers herinneren het zich nog alsof het gisteren was: op zondag werd er bij de maaltijden donker of blond tafelbier van Piedboeuf gedronken in plaats van water. Je vindt het nog in de winkelrekken, maar de consumptie is sinds het einde van de jaren tachtig drastisch gedaald. “Jammer dat het van de Vlaamse huistafel verdwenen is, want het is veel gezonder dan frisdrank”, zegt Rony Langenaeken, voorzitter van De Limburgse Biervrienden. “Kom, we gaan een paar tafelbieren proeven.” Rony Langenaeken (57) loopt voorop richting kelder. Boven de deur hangt een keramisch bordje met de opdruk Rue de la Bière. Vijftien treden lager richtte hij een degustatieruimte met twee tapkranen in. Eerst geeft hij een korte uiteenzetting over het verschil tussen tafelbier, alcoholvrij en alcoholarm bier. “Tafelbier wordt meestal gemaakt door een brouwsel van 4 à 5 % aan te lengen met water, zodat je een mengsel krijgt tussen 1,2 en 3,5 %. Alcoholarm bier schommelt tussen 0,5 en 1,2 %, alcoholvrij bier zit onder 0,5 %”
Het gesprek slaat snel over naar een hot item in de bierwereld: de lancering van Sportzot, de alcoholvrije versie van Brugse Zot van brouwerij De Halve Maan. “Het eerste speciaalbier met smaak”, oordeelde een testpanel, dat bij een blinde proeverij de alcoholische versie niet kon onderscheiden van de alcoholvrije. “Alcoholvrije bieren komen tot stand door verdamping of verhitting, een procedé waarmee ook smaakstoffen worden geneutraliseerd. Bij Sportzot past men een filtertechniek toe die dat neveneffect neutraliseert”, verduidelijkt Rony Langenaeken. De van Widooie afkomstige Hasselaar is één van de eerste zythologen - zeg maar bierkundigen - van het land en volgt de ontwikkelingen in de sector op de voet.
“De biermarkt is veranderd. Daar ligt een mogelijkheid voor de revival van het tafelbier, dat in de jaren zeventig en tachtig vrijwel van de huistafel verdween door de concurrentie van frisdrank. Een spijtige evolutie, want tafelbier bevat veel minder suiker.”
Uit een krantenartikel van bijna twintig jaar geleden blijkt dat je tafelbier wilde promoten in scholen. “Dat kwam door een artikel van oncoloog Jaak Janssens, die argumenteerde dat tafelbier gezonder was dan frisdrank. Hij legde het verband tussen kanker - vooral borstkanker - en het gebruik van frisdranken in onze versuikerde maatschappij. Dat bracht onze vereniging op het idee om in De Weekkrant een artikel te publiceren met de boodschap dat scholen veel beter tafelbier konden aanbieden dan cola en limonade.” “We werden onmiddellijk gecontacteerd door VTM. Even later berichtte ook de Amerikaanse en zelfs de Israëlische pers over onze actie. Hier en daar was er verontwaardiging, vooral in het buitenland. Dat had vooral te maken met het feit dat men het onderscheid niet kende tussen tafelbier een typisch Belgisch product - en gewoon bier.”
Hoe is dat verhaal afgelopen? “We deden een test in een school in Runkst, waar we de leerlingen blond en bruin tafelbier lieten proeven. Ze reageerden enthousiast, maar de schoolraad had er een probleem mee om een reden die me nog steeds niet duidelijk is. We hebben dan maar niet aangedrongen.”
Hoeveel tafelbier wordt er nog gedronken in ons land?
“Tafelbier is altijd een niche geweest. Tot het begin van de jaren negentig werd er in ons land 200.000 hectoliter per jaar van gedronken, nu is dat nog de helft. In de totale bierconsumptie stelt dat weinig voor. Jaarlijks wordt in België - alle bieren samen - 22 miljoen hectoliter geproduceerd. De consumptie bedraagt minder dan de helft omdat we een bierexportland zijn.”
Kan je van tafelbier dronken worden?
“Nee, totaal niet. Het gemiddelde alcoholpercentage bedraagt 1,45. Dat is niet alcoholvrij en ook niet alcoholarm, maar stel dat je zou proberen om boven je theewater te geraken, dan moet je drinken tot de emmer overloopt. Toch is tafelbier voor velen geen optie. Het is niet hip, want er wordt nauwelijks reclame voor gemaakt, in tegenstelling tot bijvoorbeeld breezers en gin.” “Momenteel zijn er hoopvolle signalen voor de biersector. In 2000 zaten we op een absoluut dieptepunt. Toen waren er nog 100 à 120 brouwerijen in België, nu zijn er dat 270 à 280. Dat is bijna een verdrievoudiging in niet eens twintig jaar. Hoe ik dat moet verklaren, weet ik niet. Het zou kunnen te maken hebben met het algemene verschijnsel dat lokale producten weer populair zijn.”
Zie je een toekomst voor tafelbier? “Ja, want de bieren met een lager alcoholpercentage zitten in de lift. Tafelbier behoort tot dat segment, al wil ik een onderscheid maken. De producenten van alcoholvrije en -arme bieren proberen zoveel mogelijk de originele smaak te behouden. Dat heb je niet bij donker tafelbier. Die zijn altijd wat zoeter omdat de kunstmatige zoetstof sacharine wordt toegevoegd. Dat wordt gedaan om het toegankelijk te maken voor het hele gezin, want ook kinderen drinken tafelbier.” “Blonde tafelbieren doen het minder goed dan donkere omdat ze wat bitterder zijn. Kinderen en bitter, dat gaat niet zo geweldig samen. Denk maar aan spruitjes en witloof. Om tafelbier weer populair te maken, moet er een brede reclamecampagne gevoerd worden. Een product mag nog zo goed zijn, zonder promo lukt het niet.
Kijk maar naar het succes van gin en de teloorgang van jenever. Twee vergelijkbare producten, maar het ene werd gehypet en het andere niet.”
Drink jij tafelbier?
“Zeker, maar niet bij eender welke gelegenheid. Ik zie het veeleer als een culinaire drank, bijvoorbeeld bij stoofvlees.”
België beroemt zich op zijn biercultuur, maar worden we niet ingehaald door andere landen? In de top 100 van Rate Beer, één van de belangrijkste bierwebsites ter wereld, staan maar negen Belgische bieren. “We zijn wereldwijd nog altijd bekend als het land met een ontzettend groot aantal biertypes, veel meer dan Duitsland. Daar hebben ze drie- à vierduizend brouwerijen, maar die brouwen voor 95 procent pilsbieren. Speciaalbieren vind je er nauwelijks. Dat heeft te maken met hun Reinheitsgebot: bier mag je enkel maken met water, mout, hop en gist. Als ze vruchten en kruiden toevoegen, mogen ze het geen bier noemen.”