“Wij gooien de handdoek nog niet”
Twee cruciale weken voor Lutlommel en trainer Jan Van Hout
Hopeloos is de situatie van Lutlommel nog niet, maar als je vijf punten moet goedmaken om van een rechtstreekse dalersplaats weg te raken moet je durven stellen dat je op een reeks lager afstevent. “'t Wordt moeilijk, maar dat betekent niet dat we ons al bij een degradatie neerleggen”, zegt Jan Van Hout. Van Hout nam in het voorjaar van 2012 op twee matchen van het einde de coaching over van David Sannen. Hij speelde kampioen, zakte twee seizoenen later met LVV terug naar provinciale en eindigde achtereenvolgens derde en vijfde. Naar dit seizoen toe liet de club echter twee sterkhouders (van de Kerkhof en zeker Hofstede) vertrekken. Omdat deze leemte om financiële redenen enkel met eigen jeugd werd opgevangen, kon het ergste worden vermoed.
De huidige situatie zat er zo een beetje aan te komen?
Jan Van Hout: “Voor mij is ze geen verrassing. Onze kern is te krap. Om resultaten te behalen zou iedereen fit moeten zijn en enkele sterkhouders brengen niet wat werd verwacht. Tenslotte hebben we fel verjongd en dat kost tijd.”
Maar de clubleiding wil de jeugd die tijd wel geven.
“Is zo, maar daardoor zijn de resultaten navenant. Nu, het zou te gemakkelijk zijn enkel de jongeren te viseren. Het is eerder een collectief probleem. Een gedeelde verantwoordelijkheid van bestuur, spelers en de sportieve staf. We missen vooral ervaring en kwaliteit. Het bestuur had zeker gehoopt dat de situatie minder erg zou zijn en dat had ook gekund. Maar Maes en Geenen zijn uitgevallen en dat betekent aanvallend nog weinig mogelijkheden. En de keeperskwestie heeft ons ook geen goed gedaan. Bij de geringste tegenslag gaan de kopjes omlaag. Dat is eigen aan een ploeg die beneden staat. Ikzelf heb ook moeilijke momenten gehad. Als de oorzaak bij mij ligt, ben ik altijd bereid een stap opzij te zetten. Maar ik ga deze club zeker niet in de steek laten. Zij hebben mij tenslotte de kans gegeven als trainer. Op dit moment is dit overigens niet aan de orde. In de groep is de sfeer ondanks alles nog redelijk goed. De spelers moeten wel beseffen dat talent plus goed voetbal alleen niet voldoende gaan zijn.”
De toekomst?
“Dat weet ik niet. Ik volg de A-cursus en wil zo hoog mogelijk trainer zijn. Als er potentieel is, lukt het me wel. Dat heb ik in het verleden bewezen. Wat de ploeg betreft moeten we de kloof tot Nieuwjaar minimaal proberen te houden. Dan recupereren we hopelijk Maes en Geenen.”
Slechts twee draws tegen lotgenoten Bregel en Zonhoven: dat is verontrustend?
“Klopt, tegen die ploegen moet je de punten pakken als je in eerste wil blijven. Daarom moeten wij nu tegen Hoepertingen en Bree oogsten. We zullen op een andere manier moeten gaan voetballen. Hoepertingen is sterk bezig en zit vol vertrouwen. Maar daarom winnen ze nog niet bij ons.”
Degraderen betekent meer derby's. Interessanter misschien?
“Zo wordt er onder de supporters ook geredeneerd. Maar brengen de derby's zoveel meer op? Nu, ik denk niet dat ze hier wakker liggen van een degradatie. Van versterking bijhalen heb ik alleszins geen signalen opgevangen. Misschien maakt men wel van de nood een deugd. Ik ken de financiële winkel van Lutlommel niet, maar als er meer geld was geweest, had ik waarschijnlijk ook meer potentieel gehad. Ik doe mijn best. Meer kan ik niet.”