Laten we samen een scooter delen

Antwerpen krijgt er een nieuwigheid bij om zich van A naar B of ergens anders te verplaatsen. Na de Velokes, het onwezenlijk populaire systeem van deelfietsen, worden er eind juni scooters geïntroduceerd. Elektrisch en dus goed voor het milieu én volgens hetzelfde principe van de fietsen. We delen de scooters met elkaar. Het is natuurlijk even afwachten, maar iets zegt ons dat er een meer dan grote kans is dat de deelscooter een succes gaat worden. De filosofie is immers ongeveer dezelfde als bij de Velokes. Je betaalt een bepaald bedrag, neemt een scooter waar je hem nodig hebt en laat hem ergens anders in de stad achter. Het is een beproefd recept. Natuurlijk zullen er volgende maand minder deelscooters dan deelfietsen beschikbaar zijn. Maar de vloot kan uitgebreid worden. Het enige dat daarvoor nodig is, is dat we er regelmatig gebruik van maken. In andere steden in het buitenland, maar ook in Brussel, rijden de scooters al een tijdje rond. En in Brussel en veel andere steden is het een succes en wordt het aantal elektrische tweewielers aanzienlijk uitgebreid. Eigenlijk is het de logica zelve. In steden zoals Antwerpen, waar steeds meer mensen wonen en het steeds moeilijker wordt om de auto kwijt te raken, kan het niet anders dan mensen gaan op zoek naar alternatieven. Omdat ze zich ervan bewust zijn dat het aantal particuliere vervoersmiddelen niet kan blijven toenemen, terwijl er steeds meer alternatieven op de markt zijn. Of omdat mensen min of meer gedwongen worden om naar alternatieven te zoeken voor de eigen auto. Beide redenen zijn goed. En wellicht verklaart het waarom ook systemen van deelauto’s het steeds beter doen in de stad. Cambio, om er maar eentje te noemen, is al lang geen uitzondering meer. Tot voor enkele jaren werd je voor gek verklaard wanneer je zei dat we in de toekomst steeds meer met elkaar moesten en zouden delen. Tegenwoordig kijkt bijna niemand meer op van die uitspraak. Laat staan dat je er ervoor uitgelachen wordt. Nu al wordt door slimme mensen gezegd dat we tegen 2030 meer dan de helft van onze verplaatsingsmiddelen zullen delen. Dat zou mooi zijn.