Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Winnen met de ze wagen? Utopisch
De eerste testdag van Stoffel Vandoorne aan het stuur van de nieuwe McLarenHonda MCL32 werd geen succes. Net als teammaat Fernando Alonso werd de WestVlaming geplaagd door een haperende krachtbron, waardoor hij amper in actie kon treden. Boven het seizoen 2017 van McLaren lijken zich heel donkere wolken samen te pakken. Nu al.
Samen met duizenden Stoffel Vandoornefans hoop ik dat ik ongelijk krijg, maar realistisch gezien kan Stoffel Vandoorne voor 2017 slechts één ambitie meer koesteren: de betere zijn van teammaat en tweevoudig wereldkampioen Fernando Alonso. WKpunten in 2017? Af en toe zou dat nog net kunnen lukken. Podiumplaatsen? Onwaarschijnlijk. Een overwinning? Utopisch. Het kan een harde conclusie lijken na amper twee testdagen, maar de waarheid voor McLarenHonda is hard: deze wagen is allesbehalve klaar. En zal dat misschien nooit zijn.
Een serieuze domper voor Vandoorne, die gisterochtend nochtans vol goede moed aan zijn dag begon. Sinds hij in september zijn handtekening mocht zetten onder een contract bij McLaren, had hij vijf maanden moeten wachten om achter het stuur van zijn bolide te kruipen. Gisteren was het eindelijk zover. Even leek er geen vuiltje aan de lucht. Heel even. Tot aan het eind van de allereerste ronde. Toen al moest de McLaren van Vandoorne opnieuw de pitstraat worden ingeduwd. Een herhaling van het rampscenario van daags voordien, toen Alonso na amper één ronde urenlang werkloos moest toekijken, werd even gevreesd.
Vijf uur duimendraaien
Zo erg werd het niet, maar Vandoorne kon de hele voormiddag lang wel geen enkele fatsoenlijke run afwerken. Na een paar uur was duidelijk waarom: vermogenverlies op de Hondamotor, die moest worden vervangen. Vijf uur duimendraaien volgde. Aan het eind van de dag kon Vandoorne nog een klein dozijn rondjes afwerken, maar veel zoden bracht dat niet aan de dijk. Resultaat: de op één na langzaamste tijd, en – veel erger – slechts 40 ronden gereden. Dat is minder dan een kwart van de ongelooflijke 168 die ze bij Mercedes konden inblikken.
De ironie is dat Honda dit jaar koos voor een volledig nieuwe motor, gebaseerd op het ontwerp van die van Mercedes, om de kloof met de wereldkampioen te proberen te dichten. Maar de ‘kopie’ van Honda blijkt nu een miskleun. Wie op twee testdagen twee keer van motor moet wisselen, is niet goed bezig, om het nog voorzichtig uit te drukken.
Bovendien – en dit zijn de woorden van een Hondatopingenieur – lijkt een fout ontwerp aan de basis van het euvel te liggen. Zo zou het ontwerp van het oliereservoir niet optimaal zijn. Een beginnersfout, heet zoiets. En misschien ook niet zo snel op te lossen. Het reservoir hertekenen heeft immers ook repercussies voor de andere onderdelen van de krachtbron, die in een zo klein mogelijke ruimte moet worden gewrongen. Om dat recht te trekken, is allicht een serieuze investering nodig, zowel qua centen als qua tijd. Reglementair kan het, maar de vraag is nu of de wil er ook is. Misschien wordt er gekozen voor halve oplossingen, pleisters op een houten been. Een handicap die McLarenHonda dan tot het eind van het seizoen zal moeten meedragen.
‘Wij’ en ‘zij’
Groot probleem is ook dat de verstandhouding tussen de Britse chassisbouwer en de Japanse motorleverancier niet optimaal is. Behalve Stoffel Vandoorne, die het voortdurend over “het team” heeft, spreken de McLarenkopstukken over “wij” en “zij” als het over hun relatie met Honda gaat. Niet meteen de beste werksituatie, zeker niet als er nog massa’s werk op de plank ligt.
Vandoorne laat zich voorlopig niet uit zijn lood slaan. “Dit is uiteraard niet de beste situatie”, blijft hij diplomatisch, “Maar dit is pas mijn eerste testdag. Er volgen er nog. Nu komt het erop aan dat we samenwerken als een team en dat we ervoor zorgen dat we de volgende twee dagen normale testdagen kunnen afwerken.” De rookie klopt nog niet op tafel, concentreert zich vooral op zijn eigen progressie. Om daar nadien de vruchten van te plukken. Al zal dat allicht niet in 2017 gebeuren.