Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“De douche achteraf waar ik zo naar uitkeek, deed mijn kapotte huid pijn”
Reporter Wannes Deleu leeft maand als dakloze voor docureeksop Eén
Hoe is het om als dakloze in Antwerpen te (over)leven? Wannes Deleu testte het in de praktijk uit en is nog maar een week weer thuis. Zijn relaas is te zien in Op
Straat op Eén. “Het was de langste en hardste maand uit mijn leven. Elk klein dingetje werd een zorg: plassen, tanden poetsen, slapen. Dat is moordend.”
Tientallen daklozen maken deel uit van het Antwerpse straatbeeld. De voorbije maand was de kersverse Borgerhoutenaar – en geboren Mechelaar – Wannes Deleu (33) één van hen. Vier weken lang woonde hij op straat, met amper bezittingen en amper eten. “Het speelt zich af in onze voortuin af en toch weten we weinig over deze problematiek. Dat intrigeerde me”, vertelt hij. “In Noorwegen deed een reporter een soortgelijk experiment en dat was straffe televisie. Je kunt over daklozen op twee manieren iets maken. Ofwel stap je voor getuigenissen met een grote camera op hen af, of je gaat leven zoals zij. Ik koos voor het laatste. Als ik een dakloze hoorde vertellen hoe hij al zijn spullen meenam in winkelzakjes, die soms kapotgingen, snapte ik hem volledig.”
Wannes begon zijn helse avontuur op 24 december. Een kus van zijn lief en de kleren die hij aanhad. Het huis dat ze pas samen in Antwerpen gekocht hadden, liet hij voor een maand achter. Zo begon hij zijn verblijf op straat. “Zonder een duidelijk plan of research. Waarom? Mensen die plots op straat staan, hebben ook niet alle mogelijke opties nog gauw gegoogeld. Ik moest dus echt op zoek naar voedsel en nachtopvang.”
Dat het kerstavond was, was een meevaller. “Mensen waren vrijgeviger. Ik herinner me nog de adrenaline toen ik begon te bedelen. Dan moet je mentaal een klik maken in je hoofd. Ik zat aan het Centraal Station, aan het einde van de De Keyserlei. Mensen gaven gul. Ik kreeg ook eten. Maar dat was heus niet altijd zo. Soms had ik 15 euro in een uur, andere momenten slechts een euro na een halve dag. In het begin was ik gegeneerd. Doordat ik op de grond zat, keek ik vaak ook niet hoger dan de knieen van mensen. Ik moest echt mijn trots opzijzetten om te bedelen.”
Bouwwerf
De eerste tien dagen sliep Wannes op straat. “Ik vond na een tijdje een slaapplek die niemand anders wist, op een bouwwerf. Maar daar kon ik niet te lang blijven. Als een buur met iets te veel burgerzin dat zou zien, zou ik in problemen kunnen komen. Later kon ik in de nachtopvang voor daklozen terecht.” Slapen in openlucht was geen pretje. “Je kunt je niet voorstellen hoe blij ik was toen ik een slaapzak kreeg van een daklozenorganisatie. Dat maakte een groot verschil. Eerder werd ik altijd rond 4u wakker van de kou. Een bijzonder onprettig gevoel is het als je half wakker bent en de koude dwars door je lijf gaat. Vaak zat ik ergens uren binnen met een koffie om het wat warm te hebben.”
Aan andere daklozen vertelde Wannes waarmee hij bezig was.
WANNES DELEU
Reportagemaker “Scheer daklozen alsjeblieft niet over dezelfde kam. Uiteraard zijn er mensen die door bepaalde eigen keuzes dakloos zijn geworden. Maar dat is zeker niet altijd het geval.”
“Het is geen undercoverreportage. Dat leek me fair. Ik zou het onethisch vinden om vriendschappen met daklozen op te bouwen en pas op het einde te zeggen dat ik hen stiekem filmde. De kleine camera’s waren ook zichtbaar.”
Weinig vriendschap
Geleidelijk leerde Wannes de daklozen kennen. “Ze zouden aan hetzelfde zeel moeten trekken, maar vaak heb ik toch gehoord dat er geen sprake van onderlinge vriendschap is. Omdat er niet altijd vertrouwen is. Ik ontmoette Freddy, die zei: ‘Ik zoek al jaren een echte vriend, maar ik vind hem niet.’ Geloof me, als dakloze zijn je dagen eindeloos, en als je eenzaam bent, zijn ze dat des te meer. Ik heb het zelf gevoeld. Het was de langste en hardste maand uit mijn leven. Ik heb mijn 33ste verjaardag gevierd in die maand. Wel, het was dezelfde nutteloze, doelloze dag als alle andere. Je wordt een overlevingsmachine, en de rest duw je weg. Na een paar uur was ik al de stereotype dakloze geworden, met mijn weinige spullen in een paar plastiek zakken die ik dag en nacht vastklampte. Elk klein dingetje werd een zorg: plassen, tanden poetsen, slapen. Dat is supervermoeiend, moordend. Deze maand was wel goed voor mijn conditie. Mocht ik een stappenteller gehad hebben, die zou alle records verpulverd hebben (lachje).”
Fel vermagerd is Wannes niet. “Ik denk niet dat je van de honger kunt sterven in Antwerpen. Overal krijg je wel iets en er zijn veel voorzieningen.” Eén moment is Wannes bijgebleven. “Ik kreeg een volledige maaltijd van de Quick. Een kerel ging er met vrienden eten, zag mij en bestelde zijn eigen maaltijd dubbel, zodat hij kon delen. Dat was hartverwarmend.”
Er waren ook minder leuke momenten. “Niet dat ik ben bespuugd en beledigd, maar veel mensen negeerden me straal. Ik kwam ook veel politiemensen tegen. Sommige duo’s joegen me meteen weg op de Meir, anderen toonden meer begrip en knepen een oogje dicht.”
Wannes Deleu hoopt vooral dat zijn reportage iets teweegbrengt. “Scheer daklozen alsjeblieft niet over dezelfde kam. Uiteraard zijn er mensen die door bepaalde eigen keuzes dakloos zijn geworden. Maar dat is zeker niet altijd het geval. Ik wil aantonen dat het ieder van ons kan overkomen, van elke generatie. Ook mensen die een stabiel leven hebben. Er zijn allerlei redenen waarom mensen op straat belanden. Je krijgt te maken met een brand en was niet in orde met je verzekering. Of een relatiebreuk. En laten we niet flauw doen: ook mensen verslaafd aan drank en drugs kwam ik tegen.”
Huid uitgedroogd
Het eerste wat Deleu deed toen hij een dikke week geleden weer thuiskwam, was douchen. “Daar had ik zo naar uitgekeken. Maar dat warme water, dat mij deugd moest doen, deed mij pijn. Mijn huid was naar de knoppen. De dokter vertelde me dat hij nog nooit zo’n extreem uitgedroogde huid zag. Rood van dertig dagen kou en uitdroging. Dat mensen jarenlang zo leven, en elke dag opnieuw de moed vinden om door te gaan, daar heb ik eindeloos veel respect voor.”
TOM VETS, JESSE VAN REGENMORTEL Op Straat, woensdag om 21.35u op Eén