Inflatie negeert koopwoning
De ECB erkent dat de lage rente de huizenprijzen kan doen stijgen. Maar tegelijk laat de centrale bank die prijsstijgingen niet meetellen voor de hoogte van de inflatie. Het verwerven van een woning is geen consumptieuitgave. Het wordt beschouwd als een investering omdat vastgoed geacht wordt waardevast te zijn.
Volgens Eurostat besteden de huishoudens gemiddeld 24 procent aan wonen. Andere centrale banken, zoals de Amerikaanse Federal Reserve, laten vastgoedprijzen wel meetellen voor de inflatiemeting.
Op de methodiek van de ECB komt steeds meer kritiek. De inflatie wordt erdoor onderschat, zeggen de ngo Positive Money en de denktank Ceps. Bij een ander beleid zou de inflatie al dichter bij het doel van bijna 2 procent hebben gelegen. Daardoor zou de noodzaak afnemen om geld in de economie te blijven pompen – als we even afzien van uitzonderlijke situaties zoals de coronapandemie. Misschien zou de rente daardoor hoger liggen.
De ECB ziet dat zelf ook in en heeft al herhaaldelijk laten weten bereid te zijn de kwestie te bekijken. Dat gebeurt waarschijnlijk tijdens de strategische herziening van het beleid, die na de coronacrisis zijn beslag moet krijgen. Maar het is een complexe kwestie. De beslissing snijdt aan twee kanten: bij een crisis kunnen de huizenprijzen ook dalen en de inflatie naar beneden duwen. (rmg)
In ‘De woningmarkt in beweging’ worden enkele opvallende vastgoedtrends onder de loep genomen. De volledige reeks vindt u op standaard.be/woningmarkt.